Hôtel de ville

Het stadhuis van Dinant is een indrukwekkend gebouw van baksteen en kalksteen.

De stad Dinant heeft ten minste vier stadhuizen gehad.

Het eerste bekende stadhuis was een toren die op de brug werd gebouwd. Het probleem dat het zo smal was werd enigszins opgelost toen in 1573 de toren en de brug door een grote overstroming werden weggevaagd en in het water van de Maas zonken.

In afwachting van een geschikt gebouw (wat 12 jaar duurde!) werd het stadhuis tijdelijk ondergebracht in de lakenmarkt (gebouwd in 1263) op de Grote Markt.

In 1585 verwierf de stad het huis van de Heer van Duras, in de Rue Dessous Meuse. Het was een grote vierkante toren met een huis en bijgebouwen, die gewoonlijk de "Tour le Maire" werd genoemd. De raadsleden bewoonden dit huis 178 jaar lang.

Het vierde stadshuis werd in 1783 gebouwd in de voormalige residentie van de prins-bisschoppen van Luik.

Het paleis, genaamd het Regentschap, werd in augustus 1914 door de Duitsers in brand gestoken. De reconstructie, die relatief trouw is aan de oorspronkelijke constructie.

Het stadhuis herbergt verschillende kunstwerken, waaronder Mosaanse landschappen van STANFIELD, KINDERMANS, BARON, bustes van Adolphe SAX, de Dinantse uitvinder van de saxofoon, en HUYBRECHTS, een Dinantse musicus.
Het bevat ook een bronzen klok uit 1566, afkomstig uit de kerk van Dinant, en een kanon uit de 16e eeuw dat in de Maas is gevonden en meer dan 100 kg weegt.

Willem Vandenameele