This site is available in your language and country. Change the language to English and the country to United States.
Klik hier om dit bericht te verbergen.

Monument van de boerenkrijg - Mechelen

Bron: Willem Vandenameele

Dit gedenkteken voor de Boerenkrijg (1798) bestaande uit een smeedijzeren kruis en een grote gietijzeren Christus staat op de plaats van de vroegere begraafplaats.

Dit monument, opgericht en ingehuldigd op 23 oktober 1898 door het Davidsfonds, herdenkt de 41 opstandelingen die een eeuw eerder tijdens de "Boerenkrijg" in 1798 door Franse soldaten werden doodgeschoten.
Hun massagraf werd in 2010 ontdekt tijdens archeologische opgravingen op het kerkhof van Saint-Rombout.

Dit is het kruis van de Sint-Nicolaaskerk in Dessel (provincie Antwerpen). Op de hardstenen sokkel staan verschillende inscripties en een koperen plaat.

De Boerenkrijg was een Zuid-Nederlandse boerenopstand in 1798, gericht tegen de Franse bezetting. De lokale (plattelands)bevolking van verschillende delen van voornamelijk het hedendaagse Vlaanderen kwam in opstand wegens onder andere de strenge militaire overheersing, extra belastingheffingen en confiscaties, de antikatholieke politiek, de invoering van de militaire dienstplicht en de achterstelling van de eigen taal ten voordele van het Frans. Ook de nationalisering en privatisering van de landbouwgronden wordt als bijkomende reden opgegeven.

Op 12 oktober 1798 waren in het Oost-Vlaamse dorp Overmere de eerste schermutselingen al begonnen. Tussen 5 oktober en 19 oktober werd tot vier maal toe van de pui van het stadhuis van Mechelen afgeroepen dat er heel wat jonge mannen verplicht ingelijfd zouden worden in het Franse leger. Dit was voor velen de spreekwoordelijke druppel die de mensen tot echte protesten aanzette.

Slechts een twintigtal Franse soldaten bleven in de stad en de poorten bleven open. Omdat de stad dus voor het grijpen lag, konden de boerenkrijgers (ook wel brigands genoemd) Mechelen makkelijk innemen op 22 oktober. De inval van de brigands verliep nogal spontaan, zonder echte gecoördineerde leiding. Diezelfde dag nog konden de Fransen o.l.v. Béguinot met zijn relatief klein aantal troepen, al terug de stad overnemen.

Op 23 oktober kwam er opnieuw een aanval van de boerenkrijgers. Mechelen werd deze keer bijna volledig omsingeld en Béguinot kon de brigands niet terugslaan. Twee oversten, Mazingant en Conroux, kwamen met hun troepen weliswaar vanuit Boom. Zo hadden de Fransen in totaal om en bij de 550 manschappen die een te grote macht vormden voor de brigands. Met deze vergrote troepenmacht konden de brigands ditmaal dus wel verslagen worden.

Er werd in alle haast een "krijgsraad" opgericht en van de 70 gevangenen werden er 41 schuldig bevonden aan "verraad tegen de Franse Republiek". Ze werden vlak bij het Sint-Romboutskerkhof neergeschoten en indien ze niet onmiddellijk dood waren, met bajonetten gestoken. Daarna werden ze in een massagraf gegooid, sommigen nog niet eens helemaal dood. Het moest als signaal dienen voor andere opstandelingen in de regio.

Bron

Bron: Willem Vandenameele

Reacties Statistieken

BE | | Publiek | CatalaansDuitsEngelsFransItaliaansSpaans

Niet gevonden wat je zocht?

Routes in de buurt