De kastelen van Gors-Opleeuw

Afspraak aan de St.-Martinuskerk in Gors-Opleeuw. De toren is gotisch, het schip classicistisch. Ridder Godefri Lewis gaf het dorp zijn naam. Met vier kastelen getuigt het dorp nog een beetje van middeleeuwse grootheid.

1. Hou het park en het kasteel van Gors aan je linkerkant en draai de Mellenstraat in. Het kasteel, ook kasteel Beaufort genoemd, heeft een 17de eeuwse kern en werd ca. 1820 grotendeels herbouwd in empirestijl. Volg de Mellestraat tot het einde. Onze wandeling gaat hier linksaf, maar als je van kastelen houdt, kun je even rechtsaf gaan en dan onmiddellijk links de Bellevuestraat in wandelen. Na 500 m sta je voor het witte, classicistische Bellevuekasteel, oorspronkelijk een jachtpaviljoen van het kasteel van Opleeuw. Alle dreven naar het Bellevuebos zijn privéwegen en dus moet je wel terug en op het einde van de Bellevuestraat rechtsaf. Je wandelt door een mooi agrarisch landschap. De weg golft zachtjes en gaat over in een holle weg. Negeer links de straat Leeuwenveld en volg de stijgende Diepestraat, die overgaat in de Opleeuwstraat. Na een zachte klim draai je rechts de Haagsmeerstraat in. Je daalt een lange, rechte weg af, met voor jou een schitterend panorama. Laat de Elleboogstraat en een gele hoeve links liggen en daal af tot aan de Oude Winning, een indrukwekkende witte hoeve.
2. Wandel verder, steek een beek over en stap langs kasteelhoeve en kasteel Haagsmeer. Kasteel en hoeve – één complex - liggen in een Engels park. Blijf de asfaltweg volgen tot je op de weg Borgloon–Genk komt. Volg deze vrij drukke weg op het van de rijdbaan gescheiden fietspad naar links. Na 700 m neem je rechts de afslag naar Kerniel. Negeer rechts de weg naar Wellen en wandel verder over de landelijke weg. Je steekt een beek over en de straat begint te stijgen. Wandel verder tot je net voorbij een kapel uit 1908 (links) en de Tapstraat (rechts), tegenover huisnummer 47, een weg links in kan. Voorbij de huizen gaat het asfalt over in een onverharde, dikwijls erg modderige weg. Je stapt onder de drukke baan Borgloon–Genk door en op de viersprong, net voorbij de brug, stap je rechtdoor. Je wandelt nu tussen boomgaarden en akkers. Volg de veldweg zoveel mogelijk rechtdoor tot je op een T komt, net voor een weide. Ga hier rechtsaf en volg het pad tot op de asfaltweg. Je staat nu voor een boomgaard. Wie moe is kan even uitrusten op een rustbank. Je gaat linksaf, met aan je rechterkant de boomgaard en aan je linkerzijde een schitterend panorama. De weg stijgt zacht.
3. Wanneer de weg weer daalt, neem je de eerste straat rechts: de Mettekovenstraat. Rechts, op een hellende weide, staat een mooie, witte kapel. Stap verder naar het idyllische, witte kasteel van Opleeuw. Het huidige, classicistische kasteeltje is maar een derde van het oorspronkelijke kasteel. Het jaartal 1874 in de linkergevel verwijst naar een verbouwing. Vervolg je weg rechtdoor, over de smalle asfaltweg tussen de weiden. Je ziet links een ommuurde boomgaard en wat verder de kerktoren en het kasteel van Gors. Op het einde van dit mooie pad ga je linksaf en wandel je door de Hoogstraat tot aan de St.-Martinuskerk. De toren is gotisch, het schip classicistisch, dwarsbeuk en koor dateren uit het begin van de eeuw. Het interieur is vooral barok. Er staat een hele reeks interessante heiligenbeelden. Let ook op de oude waterpomp, in 1905 gekocht van het Tongerse stadsbestuur. Door het klaarkomen van de waterleiding had de Ambiorixstad geen pompen meer nodig.